zaterdag 27 september 2008

En daar zitten we dan...

... op het vliegveld te internetten tot we onze koffers kunnen afgeven. We zijn vanmorgen laat opgestaan, want we hoeven pas om 11 uur uit te checken en een van de voordelen, of nadelen..., van vertrek vanuit Vancouver is dat we pas rond 7 uur vanavond vertrekken!
Rond half 11 hebben we de bagage naar de auto gebracht, hebben we uitgecheckt en zijn we voor de laatste keer lekker gaan ontbijten bij Denny's, om hierna een cappucino, wederom een melkbak, te gaan drinken bij Starbucks. Tja... en toen? We kunnen natuurlijk nog van alles doen, maar gek genoeg lopen we altijd een beetje met onze ziel onder de arm op zo'n laatste dag. Misschien is een vroeg vertrek toch niet zo verkeerd.

We hebben de auto maar opgehaald en zijn richting het vliegveld gereden. De auto ingeleverd en naar de luchthaven gewandeld. Hier even gekeken waar we moeten zijn, maar helaas gaan de balies van KLM pas om tien voor 3 open. Godzijdank hebben ze hier Wireless internet, vandaar dat we allebei de laptops te voorschijn hebben gehaald en ik het blog bij zit te werken van de laatste paar dagen. Helaas geen foto's, want ik werk op batterij en de foto's inladen duurt te lang. Morgen rond kwart over 1 moeten we landen in Amsterdam en als we één ding heel graag willen, is het wel een lekker bakkie koffie. Koffie zoals koffie hoort te zijn: zwart en sterk! Haha!

Ondanks dat deze vakantie anders is gelopen dan we in eerste instantie hadden gedacht, hebben we het wel naar ons zin gehad. De canadezen zijn wat afstandelijker dan de Amerikanen, wat ons ook wel bevalt. Ze hoeven niet altijd direct te weten waar je vandaan komt, maar beginnen wel vaak gewoon een praatje met je.
Wat we het minst vonden? Prince Rupert natuurlijk. De fiets verhuurder in Whistler zei het al: "de mensen daar hebben zo vaak regen, dat ze van ellende de hele dag in de kroeg hangen!". Haha!
Het leukst blijven natuurlijk de beren, die we nu zomaar langs de weg zagen wandelen. Echt te gek!

Aangezien we ieder moment kunnen gaan inchecken (althans de bagage) nok ik af na 3 weken. Ik zie jullie vast en zeker binnenkort weer en zo niet... wellicht tot blogs, tot volgend jaar!

Hoera! De zon schijnt... zo nu en dan....

Om half 7 vanmorgen stond ik al naar buiten te koekeloeren of het echt droog was! En ja hoor, er was zelfs een voorzichtig zonnetje te zien! Natuurlijk was het nog veel te vroeg om op te staan en dat heb ik dus ook nog niet gedaan! Ik ben weer lekker in mijn hemelse bed gedoken...

Rond half 9 stond housekeeping aan de deur te kloppen, maar na wat gemompel van Monique besloot ze om eerst de andere kamers onder handen te nemen. Niet zoveel later zijn we maar opgestaan. Zijn we koffie gaan drinken en hebben we wat gegeten. Want vanmorgen, dacht ik, konden we weer online inchecken, maar helaas, internet check-in was nog niet beschikbaar.
We zijn toen toch maar op weg gegaan naar Capilano bridge. Dit is een hangbrug die er al sinds 1889 is. En die ervoor zorgde dat men de Capilano rivier kon oversteken. Natuurlijk is hier nog veel meer bijgebouwd, want voor alleen een brug komen de mensen niet, is het motto, denken wij. Je kunt er nl. ook het Treetopadventure doen, waarmee je door middel van korte hangbruggen van boom naar boom loopt. Een toeristen trap?! See it for yourself, als je hier ooit komt.
Hierna zijn we naar Grouse Mountain gegaan. Dit is het skigebied in North Vancouver. Ook zijn hier 2 grizzly beren ondergebracht. De grizzly's werden als wees gevonden en om ze een eigen plek te geven waar ze zonder gevaar te lopen konden opgroeien. Geloof me, opgegroeid zijn ze zeker! Ongelooflijk hoe groot die beesten zijn.
Verder kun je hier nog een aantal activiteiten doen, w.o. tokkelen. Dit zag er op de foto's spectaculair uit, maar het duurde allemaal zo lang... Wat we wel erg jammer vonden hier, was dat alles onder constructie ligt. Overal wordt gebouwd en zijn er gedeeltes afgesloten. Hierdoor kun je niet overal komen, maar betaal je ook eigenlijk voor iets wat niet of minder toegankelijk is. Erg jammer!

Toen we terug kwamen, hebben we snel de auto weer gestald en de auto verder leeggehaald, want tja, morgen wordt ie ingeleverd. Hierna zijn we gaan inchecken voor de vlucht van morgen, zodat dat al lekker geregeld is.
Als afsluiter zijn we naar Canada Place gegaan. Dit is het boegbeeld van Vancouver en de cruise terminal van Vancouver. Het lijkt ook op de boeg van een schip. Wat schetst onze verbazing om te zien dat de Veendam van de Holland America Lijn klaar ligt om te vertrekken. De gasten die meegingen op deze cruise stonden net klaar om de zwemvest instructie te ontvangen! Erg humor, om iedereen daar te zien staan met hun zwemvest om en in rijen van 5 opgesteld.

Klokslag 5 uur werden de trossen losgegooid en vertrok ie terwijl een zangeres vreselijk hard "Celebrations" schalde door de haven! Commentaar van ons: alleen daarom ga ik al niet mee!!!

Als afsluiter zijn we nog op zoek gegaan naar een nieuwe zonnebril (niet gevonden) en daarna voor de laatste keer zalm en heilbot gaan eten bij Zefferelli's, ook een oude bekende uit 2002. We hadden het plan opgevat om nog wat te gaan drinken in de hotelbar, maar toen we het publiek zagen, hebben we daar maar van afgezien! Haha!
Aan het eind van de avond stonden we onze koffers opnieuw in te pakken (pfff... alles past weer...) en daarna zijn we lekker gaan slapen!

Terug in Vancouver

Goh, het regende vanmorgen weer! Het lijkt alsof de laatste week letterlijk en figuurlijk in het water gaat vallen... We gaan dus laat op weg, want Squamish ligt niet zo heel ver van Vancouver af. Met alle wegwerkzaamheden op de highway 99 zullen we er wel langer over doen, maar we zullen nog vroeg genoeg in Vancouver aankomen om nog iets aan de middag te hebben.

Aangekomen bij het Hyatt zijn we direct gaan inchecken en gelukkig was er al een kamer vrij. Snel de auto geparkeerd, bagage eruit gehaald (in ieder geval datgene wat we zeker nodig hebben), naar de kamer en ons daar geïnstalleerd. Na van het uitzicht te hebben genoten, zijn we weer naar buiten gegaan om te voet de stad te herontdekken. In de druilerige regen en je kunt je voorstellen dat we het niet zo naar ons zin hadden. Uiteindelijk zijn we weer terug gegaan naar het hotel om te kijken wat we konden doen. We hebben er voor gekozen om naar een winkelcentrum te gaan met de Skytrain. Een supersnelle verbinding tussen diverse wijken rondom Vancouver. Nadat we hier wat dollars verbrast hadden, kwamen we weer in het hotel terug om de aankopen achter te laten en wat te relaxen. Want de kamer is super! Lekkere bedden waar je de hele dag in kan doorbrengen, televisie en geen internet!

Later zijn we nog gaan eten, wilden nog wat gaan drinken in de hotelbar, maar eigenlijk hadden we het wel gehad voor vandaag. Voor morgen heeft men godzijdank beter weer voorspeld, want op deze manier is er geen ruk aan, geloof me!

donderdag 25 september 2008

Hike naar Joffre Lake?!

Ongelooflijk! Vanmorgen bij het opstaan was er weer zware bewolking, mist en regen. Balen dus, maar we laten ons natuurlijk niet zo maar kennen, want we gingen gewoon naar Joffre Lake. We wilden beweging en die zouden we krijgen!
Eerst maar uitchecken, de auto was door valet parking al voor de deur gezet, de nodige koffie halen en iets te eten halen en op naar Joffre Lake.

Na ongeveer een uurtje kwamen we daar aan. Schoenen gewisseld, jas aan, muts op, handschoenen aan en op weg gingen we. Het ging best lekker, vonden we, zo af en toe door de modder, terwijl het af en toe regende, maar we hielden de moed er goed in. Wat is nou 3,5 kilometer?! Een kippe end, vonden wij.

Na ongeveer een anderhalf uur door het bos kwamen we op een gedeelte waar we niet meer aan hiken waren, maar meer aan het rotsklimmen! Hmm... dat stond niet op het bord vermeld... Maar wij kunnen dit best, dus gingen we gestaag door. Totdat... ik met mijn linkervoet op een steen sta, met mijn rechtervoet ergens anders en leunde op een rotsblok met mijn rechterhand. Mijn linkervoet gleed weg, mijn hand ook... maar helaas mijn duim niet! Die bleef waar ie was, tegen de rots geplakt, alleen in een ietwat vreemde stand! Tranen van de pijn stroomden over mijn gezicht, waardoor Monique meteen in de gaten had dat het serieus mis was... Op dat moment besloten we terug te gaan, want mijn hand moest dringend in het ijs. Nog wel even met mijn hand in een modderige, koude plas gehangen en langzaamaan en heel voorzichtig gingen we weer terug, totdat... ik de schrik van mijn leven kreeg, omdat Monique onderuit ging! Gelukkig viel zij grotendeels op haar rugzak, dus verder geen schade, behalve wat gevoelige vingertoppen.

Onderweg kwamen we een paar andere hikers tegen, die heel netjes door Monique gewaarschuwd werden. Ook vertelde zij aan hen waarom wij teruggingen, waarop mij heel vriendelijk werd verteld waar het ziekenhuis lag in Whistler en dat ze daar kundige artsen hebben. Zij hadden zelf nl. ook al medische hulp nodig gehad! Zover zag ik het niet komen, tenslotte was mijn duim niet gebroken...

Een stukje verder wil ik met mijn rechterhand op een rotsblok steunen en waarempel... daar ging mijn duim weer en %$#%$%*&%$ ik het uit van de pijn! Weer tranen, die ik met geen mogelijkheid kon stoppen, maar weer even gaan zitten en bijkomen om vervolgens weer verder te gaan. Tja, we moeten toch terug naar de auto.

Al snel hierna kwamen we weer terug in het bos en hier begon het zo goed als normale trail weer. Gelukkig maar, want inmiddels regende het weer gestaag, waardoor alles nog gladder werd. Nu hadden we alleen nog last van de modder. Onderweg heeft Monique nog wat foto's gemaakt van zwammen en rode paddestoelen en nog wat van Lower Joffre Lake, ben ik direct naar de auto gelopen, mijn hike schoenen heb ik een rotschop gegeven en vervolgens mijn hand in het ijs gezet. Nog even gedacht of het niet verstandiger was om toch naar het ziekenhuis te gaan, maar het leek alsof mijn duim alleen goed verrekt was, iets dikker dan normaal, maar ik kon mijn duim wel bewegen. Gebroken was ie gelukkig nog steeds niet. Toch was het wel vervelend dat het mijn rechterhand is, want mijn autogordel zit rechts, het contact zit rechts en de automaat zit rechts. En er is één ding dat ik niet kon en nog steeds niet kan en dat was kracht zetten... De rest van de dag was Monique de co-piloot die zich met verve van haar taak kweet!

Toen we weer in Whistler kwamen en uit de auto stapten, bleek dat we erg stijf waren! Het koude, regenachtige weer was in de botten gekropen! Maar na een lekkere lunch en een kop cappucino van de Starbucks, ging het weer een stuk beter met ons.
Na nog wat winkels in en uit te zijn gelopen, zijn we op weg gegaan naar Squamish. Hier wilden we overnachten, zodat we morgen bijtijds in Vancouver zijn.

woensdag 24 september 2008

Sneeuw, wandelen, fietsen en leuke gesprekken

De zon scheen vanmorgen, maar het was koud! Gelukkig hadden we hier al rekening mee gehouden en hadden we opnieuw de lange broeken van stal gehaald. Koffie gezet voor onderweg, uitgecheckt en de deur uit, op weg naar Whistler. Natuurlijk eerst weer langs de benzinepomp en de supermarkt om ijs voor de cooler te halen en daar gingen we weer.

Gezien de vrolijke zonneschijn was het natuurlijk een stuk leuker, dus onderweg zijn we veel gestopt op mooie plekjes. En het viel ons op dat we sneeuw langs de weg zagen liggen en dat de sneeuw op de bergen er zo mooi wit bij lag... Op een gegeven moment is Monique lekker aan het klikken bij Duffy Lake, op een plek waar men met wegwerkzaamheden bezig waren, toen ik aan de praat raakte met een wegwerker. Die vertelde dat er de afgelopen nacht 3 inches sneeuw was gevallen! Had ik toch bijna mijn ijskrabber uit mijn koffer moeten vissen! Gelukkig was dat nog niet nodig, maar de wegwerkers zullen wel naar hun voorhoofd gewezen hebben, toen ze ons in ons tshirtje uit de auto zagen stappen.
Who cares, gezien de stoelverwarming zijn we snel weer opgewarmd. Maar tijdens de hele rit kwam de temperatuur niet hoger dan een graad of 6. Op een kilometer of 50 van Whistler af, kwamen we langs Joffre Provincial Park en daar moesten we natuurlijk ook even stoppen... Ook hier was het ijzig koud, maar bij het meer was het goed vertoeven in de zon. Het meer lag er schitterend bij, omringd door bergen met verse sneeuw, strakblauwe lucht en mist over het water!

Je kunt hier naar nog 2 meren lopen en we hebben besloten om die morgen te doen. Dan zorgen we dat we iets beter voorbereid zijn. Handschoenen, mutsen, water en gatorade liggen al klaar!
Het idee om even een paar uur aan de wandel te zijn, trekt ons best wel, na al die kilometers.

Hierna zijn we doorgereden naar Whistler, eigenlijk een wintersportplaats, waar je ook in de zomer kunt skieën. Neee joh, dat gingen wij niet doen. Wat we wel hebben gedaan? We hebben fietsen gehuurd! Vanmiddag, na ons in ons zomerse kloffie te hebben gehesen, hebben we 2 mountainbikes gehuurd en hebben we wat leuke trails gereden, zowel over de verharde als de onverharde trails. Bij de fietsenverhuur begon ook de verhuurder weer een gesprek met ons. Vroeg waar we vandaan kwamen, hoe het weer bij ons was, waar we al geweest waren en hoe het in het noorden van Canada was, want daar was hij nog nooit geweest! Grappig, dat wij een Canadees konden vertellen hoe het daar was!

Het fietsen op hoogte hier, valt nog niet mee, hoor. Soms, bij het bergop, stonden we zelfs in de lichtste versnelling zowat stil, maar het offroaden downhill, oftewel naar benee, was zo kicken! We raceten naar benee! Over grind, over bospaadjes! Echt heel gaaf om te doen.

Onze fietsverhuurder had ons een leuke route gewezen om te rijden. En nu kwamen we langs Lost Lake, het meer dat we op de heenweg niet meer konden vinden. Het bleek nu dat we op slechts een paar meter afstand waren geweest...

Na dit avontuur wilden we nog met de skilift naar boven, maar daar was het al te laat voor. Dit proberen we morgen nog te doen, als we terugkomen van de hike rond Joffre Lake.

dinsdag 23 september 2008

Nog meer regen...

Vanmorgen was het zwaarbewolkt toen we opstonden en eenmaal de deur uit met de bagage begon het alweer te regenen. Dat beloofde wederom niet veel goeds voor vandaag.
Omdat we gisteren een omweg moesten maken en we vlakbij Revelstoke National Park zijn, wilden we daar naartoe. Je hebt in dat park diverse boardwalks, waarover je door het bos kunt lopen. Jammer genoeg wilde alleen het weer niet meewerken, want toen we eenmaal in de parken kwamen, stortregende het! Zelfs als we onze regenkleding aan moesten trekken, zouden we door- en doornat zijn…

Dat vonden we geen goed idee. Daarom zijn we direct doorgereden naar Kamloops, een redelijk grote stad precies op ongeveer 400 kilometer van Vancouver. De bedoeling was om daar te overnachten, ook al zouden we daar rond 1 uur vanmiddag aankomen!
Des te dichter we bij Kamloops kwamen, des te droger werd het. Natuurlijk wel een beetje een domper dat het juist buiten de parken beter weer begon te worden…
Het eerste dat we zagen was een Starbucks, dus zijn we daar snel naar binnen gegaan, om de broodnodige cafeïne naar binnen te werken. Althans… cafeïne?! De cappucino met een dubbel shot, was meer een melkbak dan koffie…

Nadat we in de heerlijk zittende leunstoelen ons melkbakkie leut hadden gedronken, zouden we een hotel zoeken. Totdat… we de plannen wederom wijzigden. We wilden winkelen, dus gingen we eerst op zoek naar een winkelcentrum en die was snel gevonden. Na een paar shirts gescoord te hebben, stapten we weer in de auto op weg naar… Lillooet! Onderweg nog gestopt om wat te eten en rond half 6 vanmiddag kwamen we aan in dit kleine plaatsje.

Ook vandaag weinig gezien, mede door het slechte weer. Maar ook de rit van Kamloops naar Lillooet is niet zo’n geweldig stuk om te rijden, met uitzondering van het laatste uurtje, maar ook toen kregen we weer de nodige regen over ons heen…

In Lillooet hebben we ingecheckt in hetzelfde hotel als in 2002 en gek genoeg zijn de kamers nog precies hetzelde! Net als de pizza bij Dina's Place... ook die was nog steeds 3 dubbel belegd en smaakte nog net zo goed!

Rectificatie: in het blog van gisteren heb ik het meer Peyto Lake genoemd. Toen ik de tekst gepubliceerd had, vertelde Monique dat het niet Peyto Lake was, maar Bow Lake.

maandag 22 september 2008

Regen, regen en omleidingen

Vannmorgen gingen we weer als vanouds vroeg op pad. Tenslotte is Jasper National Park erg groot en wilden we hier nog iets zien, dan moesten we wel vroeg weg.
Het weer liet in Hinton al wat te wensen over. Het was zwaarbewolkt en zo nu en dan viel er regen naar benee.

In het park aangekomen, gingen we snel via Jasper (plaats) richting de Icefields Parkway. In 2002 zijn we hier ook geweest en het was toendertijd erg indrukwekkend met al die glaciers langs de weg. We hebben toen een tocht gemaakt met een Snowcoach, waarmee we de gletsjer op gingen. Die tocht zouden we nu niet doen, maar ja, gletsjers, hè? Daar kunnen we gewoon geen weerstand aan bieden.

Doordat het zwaarbewolkt was, werden de herfstkleuren alleen maar mooier, dus hier en daar zijn we nog even gestopt. Daarna snel weer in de auto gestapt, want het was best koud in onze korte broek! Wel zijn we op ons gemak naar de Athabasca Falls gelopen, tenslotte blijven watervallen ook altijd leuk!

Inmiddels begon het te regenen en des te dichter we bij de parkway kwamen, des te slechter werd het. De Icefield Parkway zag er heel anders uit. Lagen de gletsjers toendertijd nog langs de weg en kon je er op lopen, nu was alles groen! Behalve de Athabasca glacier, die we in 2002 al hadden gezien. Opwarming van de aarde uit de eerste hand?!

Tegen de tijd dat we bij het visitor center aankwamen, viel de regen gestaag uit de hemel. Tijd voor een warme chocomelk, dus!

In de toeristentrap nog een paar tshirts gescoord en daarna weer op pad.
We wilden toch nog even naar Lake Louise en dat werd ons volgende doel. Achteraf gezien denk ik "waren we er maar nooit naar toe gegaan!".

De regen viel gestaag naar benee, dus de regenbroeken aan, mutsen en petten op en op naar het meer. Dat lag er nog steeds mooi bij en het Fairmont Lake Louise (duur!) werd nog altijd verbouwd. Omdat het zo koud was, zijn we snel weer teruggegaan naar de auto en besloten we mede door het weer op weg te gaan naar British Columbia. Nou geloof me, dat was makkelijker gezegd dan gedaan!

We waren nog even gestopt bij Peyto Lake, waar Monique het weer trotseerde om nog een paar foto's te maken, toen we weer op weg gingen en ineens zwaailichten in de verte zagen (ja, alweer!) en pionnen op de weg. We reden verder, toen bleek dat de weg was afgesloten en dat we terug moesten richting Lake Louise en vandaar een andere route moesten gaan rijden. Met zeer slecht weer, nog slechter zicht en in file reden we richting Radium Hot Springs, waar we vlak voor het plaatsje nog eens wegwerkzaamheden voor onze kiezen kregen! Drie en een half uur later, ja je leest het goed, kwamen we eindelijk aan in Golden! Hier hebben we een hotel gezocht, waar bij het inchecken door iemand anders aan mij werd gevraagd of ik ook uit Banff kwam. "Ehm... nee, wij komen uit Jasper, maar hebben dezelfde verkeersellende als jullie achter de rug...". Overigens had die man wel meelij met ons, omdat het vanuit Jasper nog een stukkie verder rijden was...
Al met al en zonder dat we dit vooraf gecalculeerd hadden, werd het een lange dag. Een geluk bij een ongeluk, dat het pokkeweer was en dat we besloten om redelijk vroeg (rond 3 uur vanmiddag) uit het park te vertrekken. Rond half 7 waren we gesetteld in ons hotel en gingen we op weg om een hamburger te scoren in een onvervalste diner!

zondag 21 september 2008

Een mooi weerzien

Vanmorgen waren we laat, want we hebben er helemaal niet bij stilgestaan dat het weekend is en alle hotels/cabins waar wij wilden overnachten vol zitten... We moesten bij het opstaan dus meteen het internet op om eens rond te kijken, wat er nog meer is in deze omgeving. En da's veel... heel veel... maar allemaal stervensduur!

We hebben dus besloten om vandaag nog maar in Hinton te overnachten en morgen iets te zoeken aan de andere kant van het park. Komt voor ons ook iets beter uit. Wees gerust, hoor. We zullen niet in de auto hoeven te overnachten, alhoewel dat best zal kunnen!

We gingen dus laat op weg, maar toen we bij het park kwamen en daar allervriendelijkst ontvangen werden (kwam natuurlijk door de nationale parkenpas, waar ik vrolijk mee zwaaide), was het een mooi weerzien. Want dit park staat bovenaan bij mijn favoriete parken. Het is zo ontzettend mooi, ik kan het niet beschrijven...

Onze eerste stop was het plaatsje Jasper. Dit plaatsje ligt vrijwel in het midden van het park en is eigenlijk ook de plaats waar alle hotels gelegen zijn. Net als in 2002 was onze indruk dat het te druk, te veel mensen en teveel auto's waren. Dus nadat we een bezoekje hadden gebracht aan het visitor center voor een kaart van het park, zijn we snel in de auto gestapt. Ons eerste doel was Maligne Lake. Dit gigantische meer ligt in het noordelijke gedeelte van het park en is vooral bekend door Spirit Island. Een klein eilandje waar je alleen per boot kan komen. Omdat we het boottochtje in 2002 al te duur en te kort vonden, zijn we nu niet eens gaan kijken! Maar we zijn wel een stuk langs het meer gaan lopen, waar Monique naar hartelust weer een paar mooie plaatjes kon schieten.

Nadat we na een uurtje weer bij de auto kwamen, zijn we eerst een hapje gaan eten op een rustig plekje langs de Maligne river. Toen we bijna klaar waren, kwamen er 3 campers aanrijden, die achter elkaar parkeerden en uitstapten. Loopt in Amerika en Canada iedereen naar de picknickplaatsen, deze mensen deden dat niet. Ze stapten uit, namen een stoel en tafel mee, zetten die pontificaal voor de camper en gingen zitten. Monique en ik hadden direct dezelfde gedachte: Nederlanders! Het kon niet missen! Bakenen direct hun territorium af! Haha!

Na Maligne Lake en de lunch zijn we verder teruggereden. Vergis je niet, dit was een afstand van ongeveer 45 kilometer waar je niet harder mag rijden dan 60. Tel daarbij de mooie uitzichten op en je bent wel even onderweg.

Op de heenweg hadden we al een aantal mensen bij Sinking Lake zien rondwandelen. Sinking Lake is, in mijn eigen vertaling, een soort van natuurlijke afvoer van andere meren. In dit geval van Medicine Lake. Natuurlijk konden wij het niet laten om ook even af te dalen naar Sinking Lake! En dat was best raar, want er is heel stug en dik gras, maar ook heel drassige grond.

Nadat we hier een tijdje hadden gelopen, zijn we weer verder gegaan naar Maligne Canyon. Maligne Canyon is zo diep, dat je bijna het water niet ziet! Je kunt helemaal naar beneden lopen, wat Monique wel gedaan heeft, maar ik niet. Ik vond het zonnetje lekkerder met een temperatuur van ongeveer 25 graden! Maar het is er wel onvoorstelbaar mooi!

Op de terugweg naar Hinton kwamen we nog een stuk of wat grazende berggeiten (of soort van) tegen langs de kant van de weg die op de foto gezet moesten worden. Zo gezegd, zo gedaan en vervolgens zijn we op ons gemak terug gereden naar het hotel.

zaterdag 20 september 2008

Sirenes en schrik...

Vanmorgen hebben we uitgeslapen, wat zoveel betekent als dat we pas laat op weg gingen. De bedoeling was de omgeving van Edmonton en als het even kon Slave Lake bereiken, maar inmiddels zijn we aangekomen in Hinton, een kleine 1oo kilometer van Jasper... Volledig uit de route, want Edmonton ligt de andere kant op. Hoe dit zo gekomen is? Nou, dat zal ik je vertellen.

Na ons vertrek hebben we weer de gebruikelijke koffie gehaald met voor Monique (eindelijk) een kaneeldonut en voor mij een broodje met ham en kaas. Doordat we ons ontbijt gehaald hebben, hoefden we niet bij 6 graden buiten te ontbijten. Wel hadden we een bakkie leut voor onderweg meegenomen, in onze gekoesterde thermosfles.
Hierna nog even het bord die het begin van de Alaska Highway markeert gefotografeerd. We hebben afgesproken dat we deze highway ooit een keer zullen rijden van Mile O tot aan Fairbanks...

We waren lekker op weg, reden op de cruisecontrol met een gangetje van 100 kilometer per uur de provincie Alberta binnen. Ik dacht nog, ik heb geen haast, dus hield ik mij netjes aan de snelheid. Eigenlijk baalden we dat we zo laat vertrokken waren, want we hadden even geen rekening gehouden met het uur tijdsverschil in Alberta met British Columbia. Toen we de grens over gingen, was het dus inene een uur later.

Plots komt ons een witte sedan tegemoet, die plots langzaam gaat rijden... En eigenlijk dacht ik op dat moment helemaal niets, totdat... alle zwaailichten aangingen, de witte auto omdraaide en een politiewagen bleek te zijn! Ik vroeg nog aan Monique "is die voor mij?!" waarop Monique nog zei "nee joh, tuurlijk niet" tot de politieauto achter ons bleef rijden en wij uitriepen: "Ogodogodogod! Tja, toen ben ik maar gestopt en waarempel de politieagent stopte ook!

Het vervolg is net als in de film en al die series op tv, geloof me, want...
Wij bleven natuurlijk kalm en relaxed als altijd, met lichtelijk trillende handen, en wachtten netjes tot de agent de nummerplaat van de auto had nagetrokken. Toen ie eindelijk naar ons toekwam, stelde hij de vraag of ik wist waarom ik was aangehouden. In al mijn onschuld zei ik dat ik dat niet wist, waarop hij tot mijn stomme verbazing zei dat ik 138 kilometer reed op een weg waar je maximaal 100 mag rijden! Nou, geloof me, mijn mond viel open van verbazing en ik kon nog net uitbrengen dat ik 100 reed op de cruise control!!! Maar hij had mijn snelheid gemeten en ik was de enige auto die hem tegemoet kwam, was het antwoord. Wetende dat ik vooral niet in discussie moest gaan, heb ik wijselijk mijn mond gehouden, terwijl mijn verstand alleen maar riep "JE LIEGT! JE LIEGT! ASSHOLE!!!".

Vervolgens vroeg hij om mijn rijbewijs, die natuurlijk in mijn tas zat die op de achterbank lag. Geen probleem, hoor. Zodat mij vooral niets zou overkomen, ging hij netjes in het midden van de highway staan, zodat ik mijn spullen kon pakken, terwijl hij aan me vroeg waar ik vandaan kwam en waar ik heen ging... Mijn rijbewijs en paspoort had ik snel gevonden, de autopapieren waren tijdelijk zoek... Of het hem nou te lang duurde of dat hij, zoals wel gezegd wordt, niets kon met het Nederlands rijbewijs, ondanks het mooie nieuwe plastic kaartje, zal ons een raadsel blijven. Want terwijl ik nog op zoek was naar de autopapieren, zei hij "okee, ik zal je dit keer door laten rijden met een waarschuwing, maar let op je snelheid!". Mijn antwoord: "yes sir, absolutely sir!"

Met nog trillende handjes en gepikeerd omdat we ten onrechte werden aangehouden, zijn we met een slakkegang van 80 doorgereden, omdat hij achter ons aanreed. Toen hij een nieuw slachtoffer gespot had, ging hij ons, met diezelfde zwaailichten aan, met een noodgang voorbij!

Wat waren we blij toen we eindelijk in Grande Prairie kwamen en op een parkeerterrein een bakkie troost konden nemen! Dat hadden we wel verdiend, vonden wij... En onder het mom van "ach, je moet alles een keer meegemaakt hebben", zijn we ons gaan buigen over het programma van de komende dagen.
In de afgelopen 2 weken hebben we aardig wat kilometers gemaakt. De route van A naar B, zeg maar de overnachtingsplaatsen, waren redelijk te doen. Maar wil je ook nog wat zien of een Provinciaal park bezoeken en een paar trails doen, dan moesten we vaak nog 30, 50 tot 100 en soms nog meer kilometers van de weg af en helaas is dat teveel gebleken. We vertrekken morgen naar Jasper, omdat we er absoluut geen race van willen maken. Dat verdienen deze provincies echt niet. We gaan genieten in Jasper en omgeving en we gaan doen wat we leuk vinden: trails lopen. De bedoeling is dat we 3 nachten in Jasper blijven.

Hierna gaan we langzaamaan richting Vancouver. Welke plannen we nog hebben voor onderweg? Wie het weet, mag het zeggen...

Van Prince George naar Dawson Creek

We werden op een mooie tijd wakker en nog geen uur later waren we op weg. Even tanken, een cappucino en vers brood halen en we konden weer even vooruit.

Onderweg kwamen we langs een schitterend gelegen meer, Bear Lake, waar we op ons gemak hebben ontbeten. Was het in Prince George nog mistig, hier begon de temperatuur al aardig op te lopen.
Na ons ontbijt zijn we doorgereden naar McKenzie. Hier zou een weg zijn naar een geweldig uitzicht over het meer, maar die weg… helaas, niet kunnen vinden. Wat we wel konden vinden en waar we niet om heen konden was Werelds grootste bomenvermaler! Van hieruit kwamen we door Chetwynd, goed voor een tankbeurt en de vele houtsculpturen die langs de hoofdstraat staan. Deze sculpturen zijn uitgezaagd met een kettingzaag, een kunst waar dit stadje om bekend staat.
Hier zijn we afgeslagen van de Highway 97 om via de toeristische route, highway 29, naar Dawson Creek. Onderweg natuurlijk weer wat gegeten op een heel mooi plekje nabij het meer, lekker in het zonnetje. De temperatuur is rond de 22 graden, dus het is goed vertoeven in de zon.

Via kleine plaatsen als Hudson’s Hope, Farrell Creek en Charlie Lake en het wat grotere Fort Saint John kwamen we rond half 6 vanmiddag aan in Dawson Creek. De route vanmiddag bleek verassend genieten te zijn. Het landschap begon langzamerhand te veranderen, naarmate we dichterbij de Rocky Mountains kwamen, maar ook begonnen de herfstkleuren hier de overhand te krijgen. Berghellingen vol met schitterend gekleurde bomen! Het was een fantastisch mooie rit!

vrijdag 19 september 2008

Rijden, rijden, rijden...


Vanmorgen ging om kwart over 6 de wekker. Ja, echt waar. Om kwart over 6 al! En om 10 voor 7 gingen we in de mist op weg. Op weg, maar waar naar toe?

We hebben besloten om de route in British Columbia verder te laten voor wat ie is. We gaan dus niet door naar het noorden. De reden? Heel simpel. Hoe mooi het ook is hier, zijn we toch wel toe aan een verandering van omgeving. We houden ook allebei wel van een wat ruige natuur en die kunnen we vinden in Alberta, de Rocky Mountains. En we lopen inmiddels 3 dagen achter op schema en willen we de route blijven vervolgen, dan moeten we gaan racen en dat is juist wat we niet willen.

We gingen dus vroeg op pad nadat we broodjes hadden gesmeerd en koffie in een thermoskan hadden gegoten. Alsof we in vroeger tijden waren beland en een dagje uit gingen! We hebben vooral gereden, gereden, gereden… broodje gegeten… koffie gedronken… gereden, gereden, gereden… nog een paar keer gestopt om te proberen de mooie herfstkleuren op foto te krijgen… gereden, gereden, gereden… nog een pitstop gemaakt bij de Slotcanyon bij Moricetown… gereden… beer gespot, beer gefotografeerd, beer gefilmd… gereden, gereden, gereden… file door wegwerkzaamheden… gereden, gereden, gereden…

We zijn inmiddels weer terug in Prince George en zijn compleet afgepeigerd na het hele stuk rijden van Stewart naar Prince George. Hoe lang we er over hebben gedaan? Hmmm… laten we het houden op: langer dan gepland door alle wegwerkzaamheden…

woensdag 17 september 2008

Wat een mooie dag het was...

Om 5 uur vanmorgen ging de wekker... Ja, tis echt waar! Erg? Ja, dat vond Monique ook... Want om 5 uur was er, na herhaaldelijk roepen, geen teken van leven in het andere bed. Dus lag ik daar, klaarwakker. Om half 6 nog maar een keer geprobeerd, maar nee hoor. Eindelijk om 6 uur was er een teken en was het enige dat ik zei "tis nog stikkedonker buiten" en daar pitte ze weer vrolijk verder!
Waarom om 5 uur de wekker ging? Nou, we wilden naar Fish Creek in Hyder. Hier komen vanaf eind juli tot in september beren vissen naar zalmen. Monique had op een website van andere reizigers gelezen dat zij er al om 5 uur 's ochtends waren!
Uiteindelijk vertrokken we rond 8 uur naar Hyder, onderweg vrolijk toegezwaaid door de lokale inwoners. Zodra we de grens met Amerika passeerden, hield de geplaveide weg op en reden we opnieuw op een ongeplaveide weg! Hyder stelt echt niets voor. Er staan hier en daar wat (vervallen) gebouwen en wat woningen, een motel enzovoort, maar verder is er echt helemaal niets. Behalve dan een bar op elke 30 inwoners!
Na een kilometer of wat kwamen we bij Fish Creek en toen bleek dat het maar goed was dat we daar niet om 5 uur stonden. Ten eerste is de boardwalk pas vanaf half 7 open, maar, zo vertelde de ranger ons, was vanmorgen de eerste beer in 3 dagen gespot! Dat er geen beren zouden zijn hadden we kunnen weten. Tenslotte eten beren alleen het proteïne rijke spul uit de zalm en de rest laten ze liggen. Daar waar beren vissen, is de rottingslucht al van verre te ruiken… en dat was hier absoluut niet het geval. Alsof de beren met mes en vork de hele vis hadden opgepeuzeld. Nog geen schub was er te vinden.

Stel dus dat je daar om 5 uur staat, dan sta je daar voor een dichte deur (figuurlijk gesproken), zie je geen ruk, want het is midden in de nacht en... is er ook geen beer te bekennen!
Nadat we hier een tijdje hebben staan kijken (van Monique mocht ik haar brood niet in het water gooien om beren te lokken), zijn we doorgereden over de nog steeds ongeplaveide weg. Hier en daar fikse kuilen ontwijkend, regelmatig een kuil missen en dan hossend en klossend door gaan. Na een aantal stops kwamen we aan bij Salmon Glacier. Deze gletsjer is de op 5 na grootste van Canada en hij is immens! Onvoorstelbaar! We konden 'm al van verre zien liggen, maar voordat we er voorbij waren... Het maakt niet uit hoeveel gletsjers je ziet, het blijft indrukwekkend!

Ook hier hebben we natuurlijk de nodige foto's gemaakt, ook van de ontzettend mooie omgeving. We zitten hier natuurlijk best noordelijk en de bomen en planten beginnen dus al te verkleuren naar de mooiste herfstkleuren.

Op de terugweg hebben we natuurlijk ook nog de nodige stops gemaakt. Want iedere keer zie je weer andere mooie plekjes. En toen we weer 'beneden' kwamen, zijn we toch ook nog maar even bij Fish Creek gestopt, want stel dat... Maar helaas, geen beer had zich nog laten zien.
Via Hyder (een andere weg is er nl. niet) zijn we de grens weer overgegaan. Heel grappig, want hoe streng de Amerikanen ook zijn, zij hebben bij Hyder geen grenspost, maar de Canadezen hebben wel een grenspost. En je moet er echt stoppen, er komt een douane beambte naar je toe, neemt je paspoort aan en stelt o.a. de volgende vragen:
- hoelang blijf je in Canada?
- waar ga je naar toe?
- heb je vuurwapens bij je?
- heb je berenspray bij je?
- heb je alcohol bij je?

Als brave burgers (ahum) konden we natuurlijk alle vragen met nee beantwoorden en omdat we er ook zo eerlijk uitzien, mochten we al snel weer doorrijden.

Omdat het gisteren best pokkeweer was, zijn we nog teruggereden naar Bear Glacier. Tenslotte was het nu goed weer en je weet maar nooit hoe het morgen is.

dinsdag 16 september 2008

"Een beer! Een beer! Ik zie een beer!"

Om 10 voor 8 zaten we in de auto. Natuurlijk nog even tanken, cappucino met een dubbel shot halen bij de Starbucks en op weg gingen we. Op weg naar Stewart en Hyder. Het grappige is, is dat Hyder in Alaska ligt en Stewart in Canada en dat op slechts 3 kilometer van elkaar af.

Maar zover waren we nog niet. Eerst maar eens door de mist en regen de Yellowhead Highway opzoeken. Die overigens snel gevonden was. Onderweg heeft Monique nog naar hartelust zitten klikken, want de mist die over de meren en de bergen hangt, heeft iets spectaculairs en dreigend.

We besloten om de Highway 113 te nemen. Deze start in Terrace en hierdoor kruis je uiteindelijk de Cassier Highway, die naar Stewart (en verder naar het noorden) leidt. Een stuk van deze weg (zo'n 90 kilometer hebben we een paar dagen geleden al gereden, toen we naar de Lava beds gingen. Door deze weg te nemen hoeven we niet eerst terug te rijden naar de Hazeltons. Het scheelt dus enorm veel tijd.

In Terrace nog maar een keer getankt, want tenslotte weet je maar nooit wanneer je weer kunt tanken. Een tip die ik ooit gekregen heb en nooit vergeten ben is dat werd aangeraden om te tanken als je kunt. En omdat we niet wisten wanneer we weer een tankstation tegen zouden komen, namen we het zekere voor het onzekere.
Zo reden we met een lekker gangetje, kwamen langs wat kleine plaatsen die verstopt liggen in de bossen en plotseling… reden we een unpaved road op! Een stoffige, ongeplaveide, modderige weg van 58 kilometer lang! Een weg waar je maximaal 50 kunt rijden, maar vaker niet harder dan 30 of 20 kunt. Met een grote stofwolk achter ons aan, kuilen ontwijkend en soms aan de verkeerde kant van de weg rijdend, zijn we richting de kruising gereden. In totaal zijn we op deze weg 4 andere auto’s tegen gekomen!

Eindelijk na 58 kilometer konden we de Cassier Highway op draaien, met inmiddels een dikke modderlaag op achterruit. Pfff… eindelijk weer asfalt en eindelijk weer doorstomen met 100 kilometer per uur. Het is lekker rustig op de weg, dus we kunnen goed doorrijden. Totdat Monique ineens uitroept "EEN BEER! Ik zie een BEER!!! Jawel hoor, een zwarte beer, niet zo heel groot, was lekker aan het eten langs de weg en trok zich niets aan van de auto’s die voorbij reden. Natuurlijk moest deze beer op foto en film worden gezet, want daar hadden we in eerste instantie geen tijd voor. Dus even verderop gedraaid en weer teruggereden. Monique uit de gordels, door het dak foto’s makend, ik langzaamrijdend, nog een keer langs de beer. Maar toen moest ie ook nog op film worden gezet en aangezien we toch nog een keer moesten draaien, dan nog maar een keer filmen.


Verder op nog gestopt bij Meziadin Lake Provincial Park, nog een foto gemaakt en toen weer snel door. Ineens riep Monique opnieuw uit "daar zit er nog één!". En nog net zagen we een moeder met een kleintje, voordat moeders het kleintje het bos instuurde en er zelf snel achteraan ging. We hebben hier geen foto’s van, want een moederbeer met cubs, is snel verdwenen en blijft niet even poseren.


Niet lang hierna, toen we al een tijdje bergop reden, reden we een bocht om en zagen in volle glorie Bear Glacier liggen! Ongelooflijk, zelfs ondanks dat we toch al de nodige glaciers hebben gezien (hoe bedoel je verwend?!) blijft het overweldigend.
Ook hier weer de nodige foto’s gemaakt, natuurlijk, maar helaas regende het en zijn de foto's afgekeurd.
Even verderop de weg kwamen we langs nog meer glaciers, maar hier was een stopverbod, omdat er het gehele jaar door lawine gevaar dreigt.


Toen we eindelijk in Stewart aankwamen, hebben we het hotel opgezocht, even staan kletsen met de dame van de receptie die ons vertelde dat er ongeveer 500 mensen in Stewart wonen en dat het er zo’n 20 jaar geleden 2500 waren, de auto leeggehaald en ons geïnstalleerd in de zeer ruime kamer.

We zijn vroeg gaan eten (wat is de zalm en heilbot toch verrekte lekker hier) en we gaan vroeg onder de wol, want morgen wacht ons een lange dag in deze omgeving.

Enkele weetjes over Stewart en Hyder….

Inwoners van beide stadjes:
- Sturen hun kinderen naar school in Canada
- Verkrijgen electriciteit van British Columbia
- Gebruiken het Canadese telefoonsysteem
- In beide plaatsen surveilleert de Canades politie (Royal Canadian Mounted Police)
- Geen inwoner hoeft ooit te wachten op een drankje. Hyder heeft een cafe voor iedere 30
inwoners! Er wonen ook slechts 90 mensen!

Over hoge bergen en door diepe dalen

Mistig was het, zeer mistig toen we vanmorgen wakker werden. Geen hand voor ogen konden we zien! Maar dat weerhoudt ons er natuurlijk niet van om vroeg te vertrekken. Nee, niet de mist, wel het feit dat het vandaag zondag was. Want wat doen wij op zondag? Dan slapen we uit! Jawel, tot kwart voor 8.

Voordat we vertrokken zijn we nog gaan ontbijten in het hotel en hierna gingen we snel op weg. Gelukkig begon de mist toen ook al op te trekken, waardoor we toch nog aardig wat van de omgeving konden zien. Veel water, veel vissers. Af en toe zijn we even gestopt om een stukje richting het water te wandelen. Maar veel meer was er niet te zien. Waarom we dan toch naar Prince Rupert gingen? Nou, omdat we misschien nog wel een tochtje op een boot konden maken.


Volgens internet en de folders die we onderweg opgepikt hebben, stond dat er om 1 uur en om 4 uur ’s middags tours vertrokken. Misschien konden we nog wat orca’s, bultruggen, beren, bald eagles enzovoorts spotten. Alleen was er een klein probleem in Prince Rupert. Op zondag vertrekken de tours maar eenmaal per dag en wel om 1 uur ’s middags! En laten wij nou net iets over enen in Prince Rupert aankomen! Pech gehad, dus. Maar wat doe je dan? Nou, dan ga je toch je eigen vertier zoeken. Vlakbij Prince Rupert had ik een bord gezien waarop een trail werd aangegeven. Hier zijn we weer naartoe gereden en hebben een hike gedaan van zo’n 5 kilometer.


We gingen de berg op en aan de andere kant gingen we de berg af… puffend! Want de vochtigheid is hier best hoog. Het water stroomde aan alle kanten van ons af. Maar na alle dagen in de auto en korte hikes die we hebben gedaan, was het wel even lekker om een poosje te kunnen lopen over hoge bergen en diepe dalen. Een lekkere workout op de zondagmiddag.

En nu? Nu zitten we bij de laundromat, om de was te doen, da's hard nodig. Het is nu rond 5 uur en we hopen dat de was er niet zo lang over doet. Want hierna gaan we een hapje eten, kruipen vroeg onder de wol, want morgen gaan we op weg naar Hyder en Stewart!

zondag 14 september 2008

Kou, zon en mooie vergezichten


Het was koud vanmorgen! Maar 3 graden en mistig! Gelukkig waren we er op voorbereid, de lange broeken waren uit de koffer gehaald.

Na een lekkere cappucino te hebben gehaald bij Starbucks en een tankbeurt gingen we vol goede moed op weg naar iets buiten Smithers. Want op zo’n 8 kilometer van Smithers heb je de Twin Falls. Met luid geraas komt het water daar naar beneden gedenderd. Natuurlijk waren we niet de eersten, dat zijn we nooit! Hihi… Maar gelukkig begon de trip al goed.

Na een broodje te hebben gegeten en een jus d’orange te hebben gedronken, waren we weer aangesterkt voor het vervolg van de trip. Monique met kaart en boek op schoot, continue in de gaten houdend of er al een interessant punt in zicht kwam.

Zo vertelde Monique een tijdje later dat we bijna bij een Provinciaal park waren, genaamd Ross Lake. Nu moet je weten dat het hier stikt van de Provinciale parken. Sommigen kun je gratis bezoeken, bij andere parken betaal je 1 tot 3 dollar per dag. En sommige parken zijn erg groot, met uitgezette trails enzo. Ross Lake is een wat kleiner park, maar verdomd mooi gelegen. Rond een meer, met ongelooflijk helder water, met op de achtergrond de besneeuwde toppen van de bergen en hier en daar een sliert mist!

Vervolgens gingen we op weg naar Hazelton. Hazelton bestaat uit 3 verschillende stadjes: New Hazelton, Old Hazelton en Hazelton. Er zijn er 3 gesticht omdat de stichters vonden dat zij het gunstigst zaten ten opzichte van het treinstation.
In Hazelton heb je wel een spectaculaire brug over de rivier Skeena. De brug hangt nl. 79 meter boven het water en je rijdt en loopt over een stalen rooster. Terwijl ik er overheen reed, liep Monique via de zijkanten om wat mooie plaatjes te schieten.


Niet ver van Hazelton, welke Hazelton dan ook, liggen de Seven Sisters. Dit zijn immense bergen, uiteraard, 7 op een rij. Het lijkt een beetje op de Maroon Bells in Colorado of Grand Teton in Wyoming. Hier zijn we via een unpaved road op zoek gegaan naar een punt waar we een goed panorama uitzicht hadden. Ook hier natuurlijk weer de nodige foto’s gemaakt. Het leuke van het boek dat we bij ons hebben is, dat we op plekken komen waar niet iedereen komt.

Niet veel later op de route kwamen we bij de afslag Stewart / Hyder. Maar die hebben we nog even overgeslagen. We hebben besloten om eerst te overnachten in Terrace. Ik had niet veel zin om nog veel langer door te rijden, dus rond half 3 vanmiddag hebben we een hotel gezocht, de bagage naar de kamer gebracht en daarna zijn we direct op pad gegaan naar de Lava beds. De Lava beds liggen op ongeveer 80 kilometer van Terrace. Lava Beds zijn er ook in Hawai, maar de Lava Beds in BC zijn er al iets langer, men vermoed sinds 1650 en 1750. Het is absoluut een apart gezicht. Planten en bomen groeien door de keiharde lava. Hier zijn we eerst nog naar een kleine waterval gegaan, vervolgens hebben we een korte trail gemaakt naar een aantal uitzichtpunten. Ik moet zeggen dat het best ongelukkig loopt over lava, het zijn net wat grotere stenen dan kiezels (op de trails dan). De lava beds lijken aan elkaar geklonken grote keien. Heel apart.

Uiteindelijk zijn we weer teruggereden. Nog wat foto’s geschoten van de bergen rondom het meer bij de lava beds en toen we terugkwamen lekker een hapje gegeten. En we denken erover om morgen door te rijden naar Prince Rupert en vandaar naar Stewart / Hyder, een aanpassing in de route dus... wordt vervolgd!

zaterdag 13 september 2008

Een dag als vandaag? Ehm… bedankt, maar liever niet!

En zo brak een nieuwe dag weer aan. Met frisjes, maar droog weer. Temperatuur in Quesnel? Zo’n 8 graden! Brrrr… liep ik in mijn 3-kwart broek en tshirt buiten!

We hadden de illusie dat we niet zoveel zouden rijden vandaag. Dus rond kwart voor 9 op pad, richting Prince George. Omdat de temperatuur maar bleef schommelen tussen de 8 en 10 graden, besloten we dat het te koud was om buiten te picknicken. Toen we in Prince George aan kwamen en toch wel honger hadden, lonkten de borden van Denny’s ons naar binnen. Hier hebben we allebei een Lumberjack gegeten. Wat het is? Haha, dat ga ik mooi niet vertellen, maar geloof me, als je een lumberjack hebt opgegeten, heb je de rest van de dag geen honger meer!
Vervolgens weer op pad, hopend op alle mooie vergezichten, trails en plekjes om mooie foto’s te kunnen schieten. Maar die kwamen maar niet! Dus hier en daar de auto uitgestapt in de hoop op, niks hoor. Nada, noppes, niente! Jahaa, langs de weg zijn genoeg mooie plekjes die we maar al te graag op foto en film willen zetten. Helaas rijden we op een weg waar je maximaal 100 km per uur mag rijden, maar waar ze af en toe met een gangetje van 140 langs je heen komen razen. En geloof me, dan zet je niet even de Trailblazer langs de kant van de weg, stap je niet even op je gemak uit om een fotootje te maken en een filmpje te schieten!

Dus reden we maar en reden we maar. Verder nog gestopt om te tanken, we hebben nog een omweg gemaakt naar Granisle. Hier hebben we dus de enige foto’s van vandaag gemaakt.
Inmiddels zijn we beland in Smithers. Hier overnachten we en morgen gaan we met het boek (Moon: British Columbia) op schoot weer verder, want het boek belooft ons veel moois vanaf dit punt! Want nog zo’n dag? Nee, bedankt. Deze dag was boring genoeg!


The long road

Daar zijn we weer, levend en wel! We hebben de Sea to Sky Highway weer overleefd. Ondanks dat Monique om de haverklap roept ‘oh kijk zo mooi’ en ‘oh kijk daar eens’ vergeet ik natuurlijk niet dat ik achter het stuur zit. Dus als Monique weer eens wat uitroept, blijf ik stoïcijns naar de weg voor me kijken!

Om 7 uur vanmorgen sprong ik mijn bed uit, Monique volgde iets later en iets minder enthousiast. Maar om kwart voor 8 zaten we in de auto en gingen na een tankbeurt op weg naar Prince George. We wisten dat het een lange zit zou worden, want de tripplanner had aangegeven dat we van 8 tot 8 onderweg zouden zijn.

Bij Whistler zijn we gestopt om iets te eten en dat wilden we doen op een mooi plekje, genaamd Lost Lake, waar we in 2002 compleet van ‘in awe’ waren. Na zo’n 3 kwartier gelopen te hebben, moesten we bekennen dat Lost Lake lost was, want we konden het niet meer terug vinden! Maar we hadden wel ons ochtend loopje gehad. Aan de rand van de trail toch maar het eten tevoorschijn gehaald, snel wat gegeten en we gingen weer op weg!


Via Lillooet, Cache Creek voor de broodnodige pitstop richting toilet, lunch bij Six Mile Lake, ondertussen keihard meelallend met de cd speler, 100 Mile House, Williams Lake, kwamen we eindelijk rond 6 uur aan in Quesnel. Hier zijn we gestopt, want we hadden geen puf meer om nog zo’n 200 kilometer door te rijden naar Prince George, ons eigenlijke doel van vandaag. Helaas dus niet veel foto’s van vandaag.

Quesnel is… hoe zal ik het eens vriendelijk zeggen… geen ruk aan! We zijn dus blij dat we hier laat aangekomen zijn en morgen weer op tijd vertrekken! Haha! Voor de 2e achtereenvolgende dag zijn we maar gaan eten bij Boston Pizza. Er zijn nl. niet zo heel veel restaurants hier, behalve dan de MacD en overige fastfoodrestaurants, maar ja, daar houden we niet van!
Inmiddels zijn we geinstalleerd in onze hotelkamer waar we voor de 1e keer geen internet hebben! BOEEEEE! Maar eigenlijk konden we ook niet anders verwachten van dit enigszins shabby hotel...

Pacific Rim National Park en terug naar het vasteland

Vanmorgen zouden we vroeg op staan, want we moesten natuurlijk alles uit de dag halen wat we er maar uit halen konden. Tenslotte hadden we niet zo lang de tijd voor Pacific Rim NP. Om half 8 stond Monique aan mijn kussen te trekken, terwijl ik nog helemaal niet op wilde staan. Toch gedaan en binnen de kortste keren waren we klaar om te vertrekken. Tis nog echt waar ook! Haha!

Op naar het Visitor Center, want we moesten nog een Natioanle Parken pas hebben. Ja, we hebben maar een pas gekocht. Tenslotte bezoeken we nog meer nationale parken en er wordt veel goeds gedaan met het de opbrengsten van de verkoop. Ook wij dragen graag ons steentje bij om al dat moois te bewaren.

Het Pacific Rim NP staat eigenlijk alleen bekend om de 47 kilometer lange trail die door het park heen loopt. Deze trail loopt via de stranden van de ene kant naar de andere kant, maar je loopt niet alleen via het strand, maar je klimt over rosten en kliffen en je loopt door de bossen. De hele snelle wandelaars doen 4 dagen over deze trail, de wat langzamere wandelaars doen er maximaal een week over. Wij zijn geen beiden, dus wij houden het vandaag alleen bij de wat kortere trails.

De eerste waar we naar toe gingen, was Long Beach. Long Beach is 16 kilometer lang en aan weerskanten omgeven door bossen en rotsen. We lopen het strand op en we lopen direct de mist in! Weinig te zien dus bij Long Beach, maar blijkbaar was het goed surfweer, want er waren aardig wat surfer dudes in het water, die blijkbaar zaten te wachten op de perfecte golf! We hebben precies 1 surfer zien surfen, de rest zit nu waarschijnlijk nog te wachten!

Na een tijdje zijn we doorgereden naar Combers Beach, maar ook hier was het dichte mist en weinig te zien, dus waren we snel uitgekeken. Op naar het Rainforest! Jaja, ze hebben in dit park een echt rainforest. En er is een leuke trail uitgezet, die we gelopen hebben. Maar allemachtig, wat was dat vochtig!!!

Hierna zijn we op weg gegaan naar Nanaimo, met de bedoeling nog hier en daar onderweg te stoppen, maar dat viel best tegen. We dachten dat er veel meer stopplaatsen zouden zijn, maar de laatste waar we zijn gestopt was Cathedral Grove. Bomen van zo’n 70 meter hoog! Immens! Maar dit was een trail van niks en met een halfuur zaten we weer in de auto.
Toen we in de buurt kwamen van Nanaimo, zagen we op de borden dat de ferry naar Horseshoe Bay, vlak boven Vancouver, nog plaats had. Nog snel een pitstop gemaakt bij de supermarkt, wat broodjes gescoord voor op de boot en hup aan boord gereden.
Zo’n anderhalf later kwamen we in Horseshoe Bay van de boot afrijden en zaten we zowaar direct op de goede weg richting Whistler. Hier rij je naar toe via de Sea to Sky Highway en dat is zo’n geweldige rit! Zo ontzettend mooi! En dat is te merken aan het aantal ongevallen die hier gebeuren, want mensen zijn zo in de ah en de oh, dat ze vergeten dat ze achter het stuur zitten! Maar dat gebeurt ons natuurlijk niet! Overigens is het maar goed dat we deze rit in 2002 ook al gedaan hebben, want ik had al gehoord dat ze vanaf Vancouver tot aan Whistler met wegwerkzaamheden bezig zijn! Je kunt dus nergens meer stoppen om een mooi plaatje te schieten en een filmpje te draaien… Tja, dat krijg je als over 2 jaar de Olympische winterspelen in Vancouver e.o. moeten gaan plaatsvinden. Dan moet alles tiptop in orde zijn.

We zijn natuurlijk niet helemaal doorgereden tot aan Whistler, dat is nog veel te ver, joh! Nee, we zitten nu in Squamish, een stadje op een paar kilometer buiten North Vancouver. Ik moet van Monique vertellen in wat voor hotels we overnachten, want ze maakt van ieder hotel een foto. Nou bij deze. Het hotel van vandaag is prima. Niet sjiek, maar ook niet sjofel.

Morgenochtend gaan we vroeg op pad, want we willen zo ver mogelijk naar het Noorden rijden.

woensdag 10 september 2008

Op weg naar Tofino

En daar gingen we weer op pad. Op naar Tofino, op naar het Pacific Rim National Park! Het duurde even eer we op de juiste weg zaten. De TomTom, die geen tomtom is, maar door ons wel zo genoemd wordt, was van slag, doordat ie door ons consequent TomTom wordt genoemd, maar een Garmin is en nu een identiteitscrisis heeft opgelopen, wist de weg niet meer! Als TomTom dan roept "sla linksaf" en Monique begint vervolgens te panieken, omdat ik linksaf ga, is het gauw bekeken met TomTom! TomTom is vanaf nu helaas verbannen naar zijn etui!

Vanaf het moment dat mijn andere TomTom, genaamd Monique, het helemaal over nam van TomTom, gingen we de goede kant uit. Op naar het Noorden en bij Parksville, jawel, linksaf naar het Westen!

Onderweg gestopt bij de Little Qualicum Falls Provincial Park. Nou geloof me, little zijn die Falls zeker! Ik denk dat ze net wat hoger zijn dan de watervallen van Coo! Vervolgens doorgereden, nog even een pitstop gemaakt op een idyllisch plekje om wat te eten en terwijl Monique meelalde met Les Poppys' Non, non, rien n'a changé (werd gelukkig weer snel opgevold door echte muziek!) en ik de 2e stem verzorgde de bergen op- en af sjeesden! Heerlijk, een mooie omgeving, jeugdsentiment in de cd speler, een goede auto en we hebben vakantie!

Aangekomen in Tofino vonden we in no time het hotel. Het Best Western Tin Wis Resort! We hebben een kamer met zeezicht, een strakblauwe lucht, lekkere temperatuur en het is geweldig! Vanuit onze hotelkamer wandelen we zo het strand op en de Pacific Ocean in... Nah... dat hebben we maar niet gedaan. Tot onze enkels zijn we in het water geweest en dat was voldoende. Het water is nl. koud! Oja, hadden we in Victoria de papieren liggen wat te doen bij een aardbeving (seek cover and hold on! Haha, wij lagen onder de tafel, tijdens het lezen!), blijkt deze omgeving tsunami gevoelig te zijn! Dus ook maar even gelezen wat te doen bij evacuatie!
Na de zonsondergang (niet zo mooi als gister) zijn we een hapje gaan eten. De eerste zalm is een feit en hij smaakte weer verrukkelijk!

dinsdag 9 september 2008

Butchard Gardens

Well, it kicked in! Watte?! Nou, die trip van Amsterdam naar Vancouver. Dus hebben we het vandaag maar rustig gehouden.

Wat hebben we gedaan? We zijn vandaag naar een soort van ehm... keukenhof geweest! Jahaaa... degenen die ons een beetje kennen, liggen nu waarschijnlijk onder de tafel van het lachen, maar dit is niet zo maar een keukenhof, maar Butchart Gardens. Wat zijn de Butchart Gardens?

Het is een soort van Keukenhof, maar dan anders. Daar waar de Keukenhof een tentoonstelling is, is Butchart Gardens een tuin die 1904 gecreëerd werd door Jenny Butchart. Zij wilde in ruig terrein toch een mooie tuin aanleggen en met veel wilskracht heeft zij dat voor elkaar gekregen. In 2006 kreeg Butchart Garden officieel de vermelding Historic Landmark of Canada! Hierna zijn we op zoek gegaan naar een supermarkt, want we willen natuurlijk wel wat te drinken en te eten hebben. Gelukkig wisten we inmiddels een supermarkt te zitten, waar we de eerste noodzakelijke boodschappen hebben gedaan. Maar we hadden ook dit jaar weer een cooler nodig om het water, de limonade en de etenswaren koud te houden! Na een zoektocht hebben we die ook gevonden.

Na de boodschappen zijn we nog een stuk langs de zuidkant van het eiland gereden tot aan French Beach, een provinciaal park. Hier hebben we even relaxed gezeten, wat gedronken en wat gegeten om vervolgens weer terug te rijden naar Victoria.
Toen we terugkwamen bij het hotel, was het inmiddels vroeg in de avond en zijn we op zoek gegaan naar een restaurant. Toen we terugkwamen bij het hotel en het balkon opstapten, zagen we deze geweldige zonsondergang!